Als huisarts en praktijkhouder ziet Frank van Deursen dagelijks hoe digitalisering invloed heeft op de eerstelijnszorg. Hij is niet alleen huisarts bij de huisartsengroepspraktijk Hopveld in Den Dungen, maar hij heeft ook de portefeuille digitalisering onder zijn hoede. Zijn praktijk valt onder Jeroen Bosch Huisartsen, de regionale huisartsenorganisatie (RHO) in de regio Den Bosch.
Frank ziet digitalisering als een hulpmiddel om de zorg toegankelijk, werkbaar en toekomstbestendig te houden. Maar dan moet het wel echt goed geregeld zijn: geïntegreerd, gebruiksvriendelijk en ondersteunend.
En daar is volgens hem nog een wereld te winnen. Hij vertelt openhartig over de kansen en uitdagingen van innovatie in de eerstelijnszorg — en de rol van leveranciers en de RHO in dit proces.
Een van de belangrijkste frustraties in de praktijk: versnippering. Te veel verschillende applicaties, te veel inlogportalen. “Ik denk dat de grootste frustratie van medewerkers of van huisartscollega’s is: oh, nou hiervoor moet ik naar die website, daarvoor moet ik naar die applicatie, hoera ik kan beeldbellen... en ik weet mijn wachtwoord niet meer (zucht)”
Zijn ideaalbeeld? Een systeem waarin alles samenkomt. “Je wilt zo min mogelijk applicaties. Eigenlijk wil je één HIS en één communicatiesysteem en het liefst is dat één.” Dat klinkt eenvoudig, maar de praktijk is weerbarstig. Niet alleen omdat IT-oplossingen gefragmenteerd zijn maar ook omdat de infrastructuur ontbreekt om ze goed op elkaar aan te laten sluiten.
“Er zijn zo veel losse initiatieven. Maar als je dan de vertaalslag wil maken naar het werkbaar implementeren, dan strandt het.”
Volgens Frank is het tijd voor minder systemen en meer integratie. Niet méér digitale tools, maar slimmere oplossingen die samenwerken en logisch in de werkdag passen. Tegelijk waarschuwt hij voor te veel afhankelijkheid van één leverancier: “Je wilt ook niet vastzitten in een vendor lock-in.” Hier ligt een belangrijke rol voor leveranciers en de RHO als ‘makelaar’ tussen praktijk en technologie.
Daarom moeten we samen blijven innoveren, en als je wilt innoveren moet je goed kijken waar de grootste knelpunten zitten. “Je kunt wel iets nieuws willen implementeren, maar als het niet past in het dagelijks werk, haakt iedereen af.”
“We hebben als huisartsenzorg geen luxe meer om inefficiënt te zijn. Dus moet je keuzes maken: wat ga je wel doen en wat niet? En dat lukt alleen als je het met elkaar organiseert.”
Frank pleit voor meer regionale samenwerking en onderlinge uitwisseling van best practices. Binnen zijn praktijk werkt Frank samen met verschillende leveranciers, waaronder Advitronics. Hij ziet potentie in technologiepartners die zich ontwikkelen van leverancier naar strategisch partner. Volgens Frank is samenwerking nodig om de kwaliteit, continuïteit en het werkplezier in de zorg te behouden.
Veel innovaties in de zorg starten vanuit enthousiasme, maar stranden in de uitvoering. De les die Frank hieruit trekt: begin klein, leer, verbeter. En vooral: verwacht niet direct een vlekkeloze implementatie.
“Als je dan toch gaat pionieren, doe het dan om te leren – niet omdat je denkt dat het direct geïmplementeerd kan worden. Zorg dat het product goed is en dat je team erachter staat. Draagvlak en kwaliteit gaan vóór snelheid. Alleen dan wordt innovatie echt duurzaam.”
Volgens Frank hoeft niet iedereen zelf een innovatietraject op te tuigen. Sterker nog: dat is inefficiënt. “Soms moet je gewoon even zeggen: dit werkt, laten we het voor iedereen organiseren.” Hij ziet binnen zijn regio dat er al veel initiatieven zijn, maar dat die vaak onvoldoende worden opgeschaald.
“Ik heb een beetje het idee dat mensen het zo druk hebben dat ze zo op hun tandvlees lopen dat die tijd er niet voor is. En dat is jammer, want er is veel van elkaar te leren.”
“Ik denk dat het heel belangrijk is dat huisartsenzorg dicht bij huis blijft. Dat het ook nog persoonlijk blijft en dat het continue zorg is. Digitale zorg is geen bedreiging – mits we het goed inzetten. Digitale zorg is voor mij niet de toekomst. Het is een onderdeel van.”
Frank benadrukt dat huisartsenzorg alleen toekomstbestendig is als we vasthouden aan de kern: zorg die dichtbij mensen staat, persoonlijk is en geleverd wordt door een vast en vertrouwd team van praktijkmedewerkers en huisartsen. Veranderingen, zoals digitalisering en regionale samenwerking, moeten deze kern versterken – niet vervangen.
Volgens hem is het daarnaast noodzakelijk dat we als zorg – en als samenleving – opnieuw leren omgaan met wat normale klachten zijn. Niet door drempels op te werpen, maar via voorlichting en bewustwording. Hier ligt een gedeelde verantwoordelijkheid voor huisartsen, beleidsmakers en de RHO.
“Iemand die sinds gisteravond keelpijn heeft, hoeft niet meteen de huisartsenpost te bellen. Maar mensen zijn het niet meer gewend om ziek te zijn. Patiënten verwachten snelle zorg, ook bij alledaagse klachten – dat zet de huisartsenzorg onder druk.”
“Zorg dat het landt in de praktijk. Neem mensen mee, laat zien wat het oplevert.”
De uitdagingen in de huisartsenzorg zijn groot, zowel op operationeel niveau als vanuit maatschappelijk oogpunt. Volgens Frank begint de oplossing met slimme keuzes en duidelijke regie. Hij doet een oproep aan praktijkhouders, RHO’s, leveranciers en beleidsmakers om samen te werken aan zorg die toekomstbestendig is en menselijk blijft.
“De uitdaging ligt er – nu is het tijd om met elkaar te bouwen.”
Voor Frank blijft één ding leidend: de zorg voor zijn patiënten. Digitalisering is geen doel op zich, maar een manier om die zorg mogelijk te blijven maken. “Ik denk dat het heel belangrijk is dat huisartsenzorg dicht bij huis blijft. Dat het ook nog persoonlijk blijft en dat het continue zorg is.” Digitale zorg is daarin ondersteunend, niet vervangend.
Zijn oproep aan alle partners is dan ook helder: begrijp de zorg, begrijp de werkdruk en lever oplossingen die echt helpen. Geen extra last, maar verlichting. Want: “Verandering is moeilijk. En daar moet iedereen achterstaan, anders wordt het geen succes.”